Rijpma-de Jong, die vrijdag niet verder kwam dan een negende plek op de 3 kilometer, herpakte zich zaterdag op de afstand die haar dit seizoen het beste af gaat. In een rechtstreeks duel met Wiklund trok ze weliswaar aan het kortste eind, maar hield ze met een tijd van 1.57,39 onder meer Miho Takagi achter zich. "Ik ben hier heel tevreden mee", vertelde een opgeluchte Rijpma-de Jong.

"Gister ging alles mis wat mis kon gaan. Ik zat sinds het begin van deze week niet lekker in m'n vel, voelde me niet helemaal fit en liep voor mijn gevoel achter de feiten aan. Gisteravond gooide ik al m'n frustraties eruit en vandaag moest er een knop om. Ik dacht: elke dag die ik nog heb tot het WK moet ik pakken."

Rijpma-de Jong knokte zich naar eigen zeggen op vechtlust naar het podium. "Vandaag was het op de automatische piloot. Het ging niet mooi, maar wel hard genoeg." De regerend Europees allroundkampioene vond dat ze met name in het eerste rondje veel tijd verloor ten opzichte van Wiklund. "M'n timing klopte net niet en dan kom je snelheid tekort."

Dat het gat met de Noorse een seconde bedroeg, maakte Rijpma-de Jong twee weken voor de WK afstanden niet ongerust. "Een seconde is uiteindelijk maar een seconde. Als ik goed in m’n vel zit en het klopt, weet ik dat ik veel meer kan dan ik nu heb laten zien. Ik ben iemand die op kracht rijdt en dan moet je hier gewoon niet proberen. Wat dat betreft geeft Thialf me meer houvast."

Reina Anema, ploeggenote van Rijpma-de Jong bij Team Jumbo-Visma, eindigde op de negende plaats met een tijd van 1.59,36. Het was voor Anema de tweede week op rij dat ze zich bij de eerste tien reed op de 1500 meter. Vorige week eindigde ze met een tijd van 2.00,91 als tiende.