Leerdam nam het in de achtste rit van de kilometer op tegen Min-Sun Kim, die haar vrijdag nog klopte op de 500 meter. Deze keer bleek de Zuid-Koreaanse geen partij voor Leerdam, die met een tijd van 1.14,94 veel sneller was dan al haar concurrentes. Kimi Goetz (1.15,54) en Miho Takagi (1.15,67) kwamen nog het dichtst in de buurt.

Hoewel de Westlandse slechts twee tienden boven het baanrecord bleef, was ze achteraf nauwelijks te spreken over de uitvoering van haar race. “Ik voelde helemaal niks en technisch liep het voor geen meter. Ik kon niet goed hangen, had geen lekkere hoeken en kon weinig druk zetten. Heel even dacht ik: dit is het moment dat ik door het ijs ga zakken.”

Leerdam raakte zelfs even in de war toen ze de speaker een rondetijd van 28 seconden, hoorde omroepen. “Ik dacht: kan dat wel? Het voelde best slecht aan, dus het had zomaar gekund. Ik besloot vanaf dat moment een heel hard laatste rondje te rijden, want ik moest het ergens inhalen. Achteraf bleek die 28’er van Kim te zijn en reed ik 27,2. Het viel dus wel mee. ”

Ondanks de twijfels onderweg was Leerdam toch weer veruit de beste op de 1000 meter. Na zeges in Stavanger, Heerenveen en twee keer Calgary stond ze ook bij de zesde World Cup in Tomaszów Mazowiecki op het hoogste treetje. Omdat Leerdam de vorige wereldbeker oversloeg, moest ze het wereldbekerklassement aan Takagi laten.

“Het is nooit leuk als je op één punt verliest”, vervolgt Leerdam. “Maar dat is het risico dat je neemt als je niet rijdt. Jac vond het beter als ik een week in Heerenveen zou blijven, dus als hij dat zegt, doe ik dat. De WK afstanden zijn het allerbelangrijkste. Dat neemt niet weg dat ik het ergens zuur vind dat ik het klassement niet heb gewonnen, aangezien ik alle 1000 meters heb gewonnen.”

“Het is wat het is. Ik heb voor mezelf de meest geslaagde World Cup-cyclus ooit gereden. Ik heb alle 1000 meters, waar ik aan de start stond, op mijn naam geschreven. Voor dit seizoen had ik überhaupt maar één wereldbeker gewonnen. Dat ik ze nu op één na allemaal pak, is heel leuk. Ik ben supertrots op mezelf.”