Vader maakte tot nu toe vooral in het mountainbiken furore en waakt voor te hoge verwachtingen in zijn eerste periode als coureur op de weg. “Ik probeer de wedstrijden blanco in te gaan, zoals ik dat ook de voorbije trainingskampen deed. Ik hou mijn ogen en oren goed open. Lukt er iets in het begin niet, dan is er nog tijd om te leren. Als je zelf hard genoeg werkt, dan kom je er vanzelf een keer. Natuurlijk kan ik wel fietsen, maar er komt veel meer bij kijken dan enkel dat.”

De Zeeuw heeft al ervaren dat hij bij vragen kan terugvallen op zijn ploeggenoten. “De sfeer is echt heel goed. Ik kom uit een team met een zestal renners, dan is er dus best wel veel persoonlijk contact. Hier is het een veel grotere groep en toch heeft ook iedereen veel contact met elkaar. Het is superleuk en familiairder dan ik dacht. De trainingskampen die ik al meegemaakt heb, waren super goede ervaringen”, zegt Vader over zijn eerste maanden bij het team. “Er wordt professioneel gewerkt. Dat gaat nog een stapje verder dan ik gewend was.”

Hij ziet het als een leuke uitdaging om de mountainbike af te wisselen met de wegfiets. “Het zijn twee verschillende sporten. Op de weg heb je een andere fysiek nodig. Daarom kozen we ervoor om mijn seizoen op te delen in blokken. Vanuit het mountainbiken kan ik wel mijn stuurvaardigheid meenemen naar de weg en ook mijn explosiviteit kan een troef zijn.”

Team Jumbo-Visma heeft in Valencia een naam hoog te houden. In recente jaren was de ploeg succesvol met sprintzeges van Danny Van Poppel en Dylan Groenewegen. Dit jaar zijn de ogen in de sprint gericht op David Dekker. Zal het hem lukken om na de zege van Rohan Dennis in het Australisch kampioenschap tijdrijden voor het eerste seizoenssucces in het teamverband te zorgen?